In januari werd Tsead Bruinja voor twee jaar benoemd tot DongeraDichter. Voor de herdenking in Dokkum op 4 mei, droeg Tsead zijn derde officiële bijdrage, over de zalig verklaarde Titus Brandsma, voor. Hoe vergaat het de DongeraDichter tot nu toe?

“Ik moest groeien in mijn rol als DongeraDichter, maar met dit laatste gedicht merk ik dat ik het beter in de vingers heb. Het liefst dicht ik over personen. Dan identificeer ik mij beter met het lijdend voorwerp. Ik denk na over mijn eigen leven en leg een connectie door middel van poëzie. Na mijn benoeming in januari kreeg ik de opdracht om over de gemeentelijke fusie te dichten. Ik woon in Amsterdam, daardoor krijg ik niet alles mee en mis ik een bepaalde binding.

Dokkum als inspiratie
Toch krijgt de poëet steeds meer gevoel bij Dokkum. “Voor ik begin met schrijven, maalt het onderwerp al enkele weken door mijn hoofd. Dan sterkt het mij enorm om door de stad te kuieren en inspiratie op te doen. Ik sliep in de Posthoorn en maakte een praatje met de Dokkumers, om zo op te diepen wat hier leeft. Om het daarna aan de Dokkumers te mogen voordragen is heel waardevol.”

Niet alleen als DongeraDichter staat Tsead Bruinja achter een katheder. Hij kijkt ook over landsgrenzen. Binnenkort draagt hij voor in Lima. Dichter bij huis is Tsead in 2018 enkele malen te beluisteren in het kader van Kulturele Haadstêd. Daarnaast werkt hij momenteel aan een Nederlandse en een Friese dichtbundel.

De foto bij dit artikel is afkomstig van Tsead Bruinja

Lees ook:Tsead Bruinja geïnstalleerd als DongeraDichter