Met een korte plechtigheid in de Bonifatiuskapel begon zaterdagavond de dodenherdenking in Dokkum. Daarna werden muziekstukken uitevoerd en werd een gedicht van de Burgerschool voorgedragen. Van de kapel vertrok ook de stille tocht, met om ongeveer 19:20 uur een kranslegging bij het monument aan de Woudweg, ter nagedachtenis aan de 20 mensen die op 22 januari 1945 werden gefusilleerd. De tocht eindigde traditiegetrouw bij het monument op de Noorderdwinger, waar de hoornblazer het Signaal Taptoe speelde, gevolgd door twee minuten stilte. Na het zingen van het Wilhelmus werd een krans gelegd.

Onverschilligheid als thema
Aansluitend was er een programma in de Grote Kerk met als thema ‘onverschilligheid’. Mevrouw Autsema, ooggetuige van de tragedie aan de Woudweg in 1945, deelde hier haar persoonlijke ervaringen. Yurii Shmatkov, een vluchteling uit Oekraïne, sprak over zijn leven achtergelaten in zijn thuisland. Het thema ‘onverschilligheid’ werd gekozen mede gezien de actuele mondiale en regionale gebeurtenissen. Het thema komt van de bekende quote van de Joods-Amerikaanse schrijver Elie Wiesel. “Ik heb altijd geloofd dat het tegengestelde van liefde niet haat is, maar onverschilligheid,” zei hij.